home *** CD-ROM | disk | FTP | other *** search
- 1. Inleiding
-
- Dat kan ik ook, dacht ik toen ik volume 2538 zag.
- Nu, we zullen zien.
-
- Het programma wordt opgestart met als parameter een filenaam.
- Vóór de filenaam komt een streepje als je een nieuw parcours wilt
- tekenen of een bestaand parcours wilt wijzigen.
-
- Tekenen van een nieuw parcours:
- RR -filenaam (file bestaat niet)
- Wijzigen van een parcours:
- RR -filenaam (file bestaat)
- Rijden :
- RR filenaam (file bestaat)
-
- 2. Tekenen en wijzigen
-
- Wordt een filenaam ingetikt met een streepje ervoor, dan
- verschijnt het parcours op het scherm. Bestaat de file niet, dan
- verschijnt een blanco scherm.
- De positie van de cursor (x en y) staat linksboven op het scherm.
- Op het scherm ligt een rooster van groene punten. Als de cursor
- op een roosterpunt staat. dan wordt de cursorpositie (linksboven)
- in groen aangegeven.
- De knoppen van de muis worden niet gebruikt.
-
- Verplaatsen van de cursor
-
- De toetsgevoeligheid kan worden ingesteld met de toetsen 0, 1,
- 2 of 3. De gevoeligheid staat rechtsboven op het scherm.
- Met het pijltje omhoog beweegt de cursor. De afstand waarover
- de cursor beweegt is afhankelijk van de gekozen
- toetsgevoeligheid. De cursor kan ook met de muis worden
- verplaatst.
- Met de pijltjes links en rechts draait de cursor 45 graden.
-
- Blokken
-
- Het parcours bestaat uit blokken. Een blok is een onvertakt
- stukje spoor waarin zich tegelijk hoogstens één trein mag
- bevinden.
-
- Toevoegen van een blok.
-
- Een blok begint en eindigt altijd op een roosterpunt.
- Zet de cursor in de buurt van het roosterpunt waar u wil
- beginnen. Druk op de toets I. De cursor gaat nu precies op het
- roosterpunt staan. Het toevoegen begint.
- Teken het blok met de pijltjestoetsen. De muis werkt nu niet.
- De toetsgevoeligheid kan ook nu worden veranderd met de toetsen
- 0, 1, 2 of 3.
- Met het pijltje omhoog beweegt de cursor. De afstand waarover
- de cursor beweegt is afhankelijk van de gekozen
- toetsgevoeligheid.
- Met de pijltjes links en rechts draait de cursor 45 graden, mits
- de toetsgevoeligheid nul is. Bij een hogere toetsgevoeligheid
- wordt een cirkelboog getekend met een lengte van 45 graden.
- De instelbare toetsgevoeligheid maakt het mogelijk keurige
- cirkelbogen te maken. Bovendien blijft de getekende lijn bij
- toetsgevoeligheid ongelijk nul meestal keurig op de
- roosterpunten.
- Met backspace wordt de getekende lijn weer stapje voor stapje
- verwijderd.
- U voltooit een blok weer met de toets I. Dit werkt alleen als
- de cursor op een roosterpunt staat.
- Het blok wordt getoond met een rood sein aan het begin en een
- groen aan het einde. Veel heeft dat in het tekenstadium niet te
- betekenen. Het geeft aan in welke richting het blok getekend
- werd.
-
-
- Verwijderen van een blok
-
- Zet de cursor ergens op het blok. Het volgnummer van het blok
- verschijnt dan midden boven op het scherm. Druk op D.
-
- Verbinden van blokken.
-
- Blokken waarvan de uiteinden op de afstand van een roosterpunt
- (recht of schuin) van elkaar staan worden automatisch met elkaar
- verbonden.
- Blokken die verder van elkaar af staan worden niet verbonden, en
- let wel: blokken die op het zelfde roosterpunt eindigen worden
- ook niet verbonden. Er moet altijd een afatand van een
- roosterpunt tussen zitten.
-
- Kruisingen.
-
- Blokken kunnen elkaar kruisen. Zo'n kruising is ongelijkvloers.
- Een gelijkvloerse kruising kan ook: zie voorbeeld in file A.RR.
-
- Veranderen van de schermresolutie.
-
- Met de toets R wordt het scherm ongeveer twee keer zo groot
-
- Treinen plaatsen.
-
- Zet de cursor op een blok waarin zich geen trein bevindt en druk
- op T. Er komt nu een trein op de plaats van de cursor. Zet de
- trein niet te dicht bij het uiteinde van het blok.
- De rijrichting is in dezelfde richting als waarin het blok
- getekend werd.
-
- Treinen verwijderen.
-
- Zet de cursor op een blok waarin zich een trein bevindt (welke
- plaats in het blok is niet van belang) en druk op T
-
- Stoppen.
-
- Met de toets Q. Het nieuwe parcours wordt in een file
- weggeschreven. Het rijden begint.
-
- Beperking.
-
- Aantal blokken plus aantal verbindingen tussen blokken maximaal
- 127. Wordt dit overschreden, dan worden er geen verbindingen
- meer gemaakt.
-
- 3. Rijden
-
- Bij het uiteinde van ieder blok staat een seinpaal. Deze staat
- rechts van het spoor, in de rijrichting gezien.
-
- Nooit mogen er twee treinen in het zelfde blok staan. Als een
- blok bezet is, dan zijn de seinen die toegang geven tot dat blok
- natuurlijk rood.
- Bovendien is een sein rood als het een toegang geeft tot een
- wissel dat verkeerd ligt.
- Het sein bij het uiteinde van een doodlopend spoor is altijd
- rood.
-
- Een trein stopt als hij bij een rood sein komt. Ligt daar een
- wissel, dan probeert hij of het wissel kan worden omgelegd. Lukt
- dat en wordt het sein groen, dan rijdt de trein weer verder.
-
-
- Blijft een trein langere tijd stilstaan, dan keert hij om.
-
- Stoppen met de toets Q.
-
- Veel plezier!
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-